In 2011 verruilde je consulting voor een functie in het bedrijfsleven. Wat was je overweging?
"Na zes jaar consulting wilde ik iets anders zien. Ook was ik benieuwd hoe het zou zijn om voor een ‘gewoon bedrijf’ te werken. De keuze voor deze functie van projectmanager DocMorris Apotheke was reactief, ik werd ervoor benaderd. Het klonk spannend: nieuwe business opzetten op het raakvlak van pharma en retail, een internationaal bedrijf met veel doorgroeimogelijkheden. Aan de oppervlakte zag het er mooi uit."
Toch keerde je terug in consultancy.
"DocMorris wilde internationaliseren. Met de afdeling business development analyseerde ik de Europese markt en identificeerde ik landen die interessant konden zijn voor ons, als mailorder apotheek. Dat gebeurde onder de paraplu van een joint venture, maar die joint venture viel na een aantal maanden uiteen. De nieuwe directeur van de holding stopte de internationalisering en zette DocMorris in de verkoop. Dat verkooptraject begeleidde ik, maar daarvoor moest ik vaak op en neer reizen naar Heerlen, terwijl ik in Amsterdam woon en net vader was geworden. Naast het stopzetten van de internationalisering en het gebrek aan toekomstperspectief, was het vaak van huis zijn de belangrijkste reden om DocMorris te verlaten. Wat vind ik nou echt leuk? vroeg ik me daarna af. Consulting-achtige trajecten, was het antwoord. En de farmaceutische industrie."
Wat spreekt je aan in pharma?
"Voornamelijk de complexiteit. Er zijn veel verschillende factoren die het succes bepalen. Je hebt niet alleen te maken met een product en een patiënt, maar ook met een overheidsstructuur, met concurrentiemodellen, met een arts, ziekenhuizen en verzekeraars. Pharma is een interessante puzzel. Daarnaast heeft het betekenis voor de mensheid. Daar kun je anders over denken en dat snap ik – er wordt hier ook gewoon geld verdiend – maar medicijnen zijn wel de producten die miljoenen levens redden. Ik heb altijd geneeskunde willen studeren, maar ben vier keer uitgeloot. Als consultant in pharma kom ik voor mijn gevoel alsnog terug bij waar mijn interesses liggen."
Mis je dat sector-hoppen niet, dat je deed als generalist?
"Niet meer. Als beginnend consultant was het leuk om uiteenlopende sectoren te verkennen en te ontdekken wat ik leuk vond. Maar het mooie aan een niche vind ik dat ik diep in een sector kan duiken. Bij Vintura hebben we bijvoorbeeld consultants in huis die goed begrijpen hoe de oncologie-afdeling van een ziekenhuis werkt. Dat inhoudelijke, dat spreekt me aan."
Waarom koos je voor Vintura?
"Vintura doet veel werk in pharma. Daarnaast voelde de sfeer hier, de omgang van collega’s met elkaar, meteen goed. Ook voel ik me prettig bij Vintura’s filosofie. Ik kan hier, naast consultant, ook vader en echtgenoot zijn. ‘Aandacht voor de work-life balance’ staat bij veel consulting-bedrijven hoog in het vaandel, maar daarvan merkte ik in de praktijk vaak weinig. Vintura vindt die balans niet alleen in woord, maar ook in daad belangrijk."
Wat valt op, na je terugkeer in consulting?
"Het valt me op hoeveel je leert als consultant. Daarnaast bestaat in consulting een houding die me aanspreekt. Bij DocMorris Apotheke had ik met cao’s te maken, met vakbonden, met strakke procedures, ik moest door allerlei hoepels springen voordat ik iets in gang kon zetten. Binnen consulting – hier bij Vintura, maar ook binnen Monitor Company en AT Kearney – is de gedachte: als jij een leuk idee hebt, dan ga je dat maar doen. Don’t ask for permission, ask for forgiveness; ik hou van die instelling."
Verenigt niche consulting het beste van twee werelden?
"Voor mij doet het dat zeker!"